Gepubliceerd op
woensdag 13 november 2019



Karin Straus, 'Iedereen kan volksvertegenwoordiger worden'

'Politiek is maar één mailtje van de burger verwijderd,' zegt Karin Straus, fractievoorzitter van VVD Limburg, en vrouwen mogen haar altijd benaderen. Politiek was zeker iets waar Karin Straus wat mee wilde doen, later.

 

 

‘Mijn moeder was geabonneerd op de stukken van de gemeenteraad. In de jaren zeventig had de gemeente Melick-Herkenbosch al lokale televisie en als ik van sporten of muziek thuiskwam, zat mijn moeder te kijken met de paperassen op haar schoot.
Ik kende sommige mensen op de tv, onze buurman was een van de wethouders. Het fascineerde me dat daar mensen met elkaar aan het praten waren over de toekomst van het dorp. Ik vond het machtig interessant.’

Haar ouders hadden zelf niet kunnen studeren maar ze vertelden hun drie dochters dat ze hun verstand goed moesten gebruiken, een goed beroep vinden en voor zichzelf kunnen zorgen. Karin Straus: ‘Dat is ook de reden dat ik voor de VVD gekozen heb. Je zit zelf aan het stuur van je eigen leven.’ Naast haar ouders noemt ze als politieke voorbeelden Haya van Someren, VVD-politica in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw, en Theresa May, tot voor kort premier van het Verenigd Koninkrijk.

Coachingstechnieken

‘Haya van Someren heb ik pas ontdekt toen ze al lang overleden was, via boeken en films. In een tijd dat het niet vanzelfsprekend was dat vrouwen politiek actief waren, stond zij vooraan. Meer recent heb ik veel waardering voor het doorzettingsvermogen van Theresa May. Ze is iemand die, ondanks dat iedereen vanaf de kant commentaar zat te geven, met resultaat wilde komen.’

Karin Straus studeerde bestuurs- en organisatiekunde in Nijmegen en kwam ‘per ongeluk’ terecht in het bedrijfsleven. ‘Ik ben heel doel- en resultaatgericht en dat past niet altijd bij een ambtelijke functie. Ik ben afgestudeerd in Brussel en dacht daar veel idealisme tegen te komen. Dat viel een beetje tegen. Dus de ambtenarij werd het niet. Ik kwam in dienst bij een groot consultancybureau. Aan het werk en het opleidingstraject van dat bedrijf heb ik veel gehad.

De universiteit is vooral inhoud. Hier ging het veel meer over: wie ben je als mens, wat breng je mee, hoe kijk je naar anderen en hoe kijken zij naar jou? Wat zijn je sterke kanten, wat zijn je valkuilen en hoe kun je daar beter mee omgaan? Hoe kun je je persoonlijke effectiviteit vergroten? We waren allemaal jonge mensen in hun eerste baan en leergierig naar dit soort dingen. Ik snapte beter waarom ik dingen soms moeilijk vond, en hoe mensen in elkaar zitten.

Wat maakt dat mensen niet doen wat hun werk eigenlijk van hen vraagt? Soms is die reden privé, soms hebben ze een eigen visie op het werk of op hoe het werk is ingericht. Dankzij technieken uit de coachingswereld kregen we daar veel meer oog voor en leerden we om op voorhand al in te steken op vraagtekens en zorgen bij medewerkers rond een project. Een fantastisch vak, dat van organisatieadviseur, waar ik nog steeds actief in ben. Ik leer nog elke dag.

Maar omdat ik toch geïnteresseerd bleef in de publieke zaak, meldde ik me in 1995 ook bij een politieke partij, bij de VVD.’

Vrijwilligerswerk voor de partij

‘Na die keuze ging het heel snel. Vrouwen die zich voor politiek interesseren, geven soms aan met barrières te maken te krijgen, maar zelf heb ik dat niet zo ervaren. Ik meldde me bij de lokale afdeling, deed vrijwillige klussen, werd gevraagd voor de lijst en na de verkiezingen zat ik in de gemeenteraad. Zo snel kan het gaan.

Toen ik voor mijn werk verhuisde van Limburg naar het Westen heb ik me ook daar weer gemeld bij de lokale VVD en zat ik voor ik het wist weer in de gemeenteraad. Maar je moet wel zelf initiatief nemen en bereid zijn er hard voor te werken. Voor de lijst voor de Tweede Kamerverkiezingen, was het een aantal jaren later eigenlijk hetzelfde.

Ik deed ook in het Westen veel vrijwilligersprojecten voor de VVD. In het Zuiden kende men mij ook, en mijn naam viel aan beide kanten in goede aarde. Zo kwam ik in de Tweede Kamer. En ja, je moet er wel tijd voor maken. Ik heb tijdens een vergadering meer dan eens gedacht dat ik ook iets leuks had kunnen gaan doen.

Mijn motivatie komt van binnenuit. Om resultaat te bereiken moet je volhouden en die stip op de horizon blijven zien. Van de wieg tot het graf heeft iedereen met de overheid te maken. Als je daar een mening over hebt, moet je je ermee bemoeien en niet aan de kant blijven staan.’

Meer vrouwen in de politiek

‘Toen ik in de Kamer zat, kreeg ik minstens honderd mailtjes per dag en daaronder waren altijd goede ideeën. Ideeën waar je als politicus ook echt iets mee kunt. Kamerleden, maar ook provinciale en lokale politici, zijn goed te bereiken. Hun e-mailadressen staan op de website van de Eerste of Tweede Kamer, provincie of gemeente. De afstand is niet zo groot, politici zijn maar één mailtje van je verwijderd. Google er even op en iedereen is bereikbaar.

Ik vind het altijd leuk als er voldoende vrouwen politiek actief zijn. De discussie gaat anders, er is meer ruimte voor verschillende perspectieven. In het nieuwe provinciebestuur in Limburg hebben we maar één vrouwelijke gedeputeerde. Dat vind ik jammer. Gelukkig zitten er wel een flink aantal vrouwen in de Provinciale Staten. Er zijn echter weinig vrouwen die zich zelf actief melden bij de lokale afdelingen van politieke partijen.

Daarom doe ik ook mee met de Kweekvijver van FAM!, om vrouwen een zetje te geven. Iedereen kan volksvertegenwoordiger worden. Opleiding maakt niet uit en er is geen protocol: je kunt op je eigen manier het werk doen. Je moet wel gepassioneerd zijn en je niet meteen laten ontmoedigen. Je krijgt veel commentaar, het kost veel tijd, je kunt andere hobby's niet doen en het is ingewikkeld met een gezin.

Maar als je het écht wilt, is er geen reden om het niet te doen. Als je iets wilt, moet je er voor gaan en je vinger opsteken.’